Overslaan en naar de inhoud gaan

Gas, klei en girl power!

11 september '23

NEMESIS-experiment kan na 5 jaar voorbereiding eindelijk starten in HADES

Hoe snel, hoeveel en in welke richting bewegen opgeloste gasdeeltjes zich in Boomse Klei? Het NEMESIS-experiment, dat kadert in het publiek-publiek partnerschap (PPP) tussen NIRAS/ONDRAF en SCK CEN en technische ondersteuning krijgt van EURIDICE, zoekt het verder uit. Bijzonder? Ja, want voor het eerst gebeurt het onderzoek niet op laboschaal, maar op grote schaal in het ondergrondse laboratorium HADES. “Afgelopen dinsdag startte het experiment aan een doorloop van minstens 5 jaar. Leuk weetje: de wetenschappelijke trekkers van het project zijn uitsluitend dames. In onze sector kom je dat zelden tegen,” aldus een fiere Elke Jacops, projectleider van het NEMESIS-project (NEon diffusion in the MEgas In Situ).

20230907_SCKCEN-NIRAS-NEMESIS-experiment-HADES_0

Opschalen van centimeters naar meters

Sinds 2009 meet SCK CEN in de bovengrondse labo’s de diffusiecoëfficiënten van gassen in klei en intussen is er een grote en betrouwbare dataset beschikbaar. Alleen gebeurden de metingen tot nu toe op staaltjes van slechts enkele centimeters groot. In hoeverre zijn deze waarden geldig op grote schaal, bijvoorbeeld de Boomse Klei in HADES? “Om die vraag te beantwoorden voeren we het NEMESIS-experiment uit, waarbij we de diffusie van het gas neon willen meten over een afstand van meer dan een meter en in verschillende richtingen: horizontaal en verticaal,” licht Elke Jacops toe.

Waar komt het gas vandaan en waarom houden we het nauwlettend in de gaten?

Wanneer we sommige types afval opslaan in een ondergrondse bergingssite, zullen ze na verloop van tijd beginnen roesten. Tijdens het roesten ontstaat er waterstofgas. Dit gas zal zich heel traag door de klei bewegen door diffusie. Maar wanneer er meer gas wordt geproduceerd dan wat er zich kan verspreiden door diffusie, zullen er gasbellen ontstaan en loopt de druk op. Wanneer de druk te hoog wordt, kan dit een negatief effect hebben op de barrière functie van de klei. Om een juiste inschatting te kunnen maken van de impact van deze gas productie, is het belangrijk om te weten hoeveel gas er ontstaat, en hoeveel gas er ook weer kan verspreiden door diffusie. De snelheid waarmee het gas zich verspreidt, noemen we de diffusiecoëfficiënt.

Wat is diffusie?

Diffusie is het fenomeen waarbij stoffen zich verspreiden van een plek met een hoge concentratie naar waar er minder van is. Stel je voor dat je een kamer hebt met een lekkere geur, zoals versgebakken koekjes. Als je de deur opent, zal de koekjesgeur zich uiteindelijk door het hele huis verspreiden, zelfs als je de koekjes niet bij je hebt. Dat is diffusie, waarbij deeltjes, zoals de koekjesgeur, zich op natuurlijke wijze verplaatsen en verspreiden tot ze gelijkmatig verspreid zijn.

20230905_NEMESIS-2

MEGAS & neon-gas

Voor dit experiment werd inert neon-gas gekozen, omdat het qua grootte lijkt op waterstof – wat het meest relevante gas is in een bergingssite – en omdat neon van nature niet voorkomt in de ondergrond, wat het meten eenvoudiger maakt. Het team bereidde het experiment 5 jaar voor door de opstelling die vroeger bekend stond als de MEGAS-installatie (geïnstalleerd in het begin van de jaren 1990) aan te passen en om te vormen tot de NEMESIS-installatie. Daar wordt het neon vanuit een injectiefilter in de klei geïnjecteerd, waarna het oplost in water en diffundeert door de klei.

Elke: “Met drie meetfilters die op verschillende afstanden geplaatst zijn, kunnen we de hoeveelheid neon meten die door diffusie van de injectiefilter naar deze meetfilters in de klei getransporteerd wordt. Zo bestuderen we dus de gasdiffusie op een grotere schaal en onder omstandigheden die representatiever zijn voor een reële opslagplaats en valideren we de gasdiffusiecoëfficiënten van laboratoriumschaal (cm) naar een grotere schaal (meter).”

20230905_NEMESIS-3

NEMESIS’ leading ladies

Het onderzoek bundelt de krachten van SCK CEN, ESV EURIDICE en NIRAS/ONDRAF. Een leuk weetje is dat deze exploitatiefase van het onderzoek begeleid en opgevolgd wordt door 4 dames: Elke Jacops, projectleider bij SCK CEN; Séverine Levasseur, wetenschappelijk adviseur van NIRAS/ONDRAF; Anneleen Vanleeuw als technisch laborante van SCK CEN en Li Yu, wetenschappelijk verantwoordelijke transportberekeningen bij SCK CEN. Elke benadrukt: “Uiteraard kregen en krijgen we altijd ondersteuning van heel wat collega’s.”

Het team verwacht de eerste resultaten pas over 3 jaar, maar zit in de tussentijd niet stil. “We volgen continu de variatie in druk, temperatuur en waterniveau op. Op basis van de drukdaling die we in de eerste 3 maanden meten, kunnen we al een allereerste inschatting maken van de diffusiecoëfficiënt. Na 3 maanden zullen we ook beginnen met onze staalnames om op regelmatige basis de neon-concentratie te monitoren en dat gaan we minstens 3 jaar volhouden,” besluit Elke nog.

Bekijk ook het artikel gepubliceerd in Geological Society, London, Special Publications.

lyellcollection.org

Deel dit artikel