Overslaan en naar de inhoud gaan

Recycleren van gebruikte splijtstof

Het recycleren van verbruikte splijtstof van onze huidige centrales draagt bij tot een duurzamer gebruik van kernenergie in de toekomst. Het zou een antwoord kunnen bieden op de vraagstukken die zich de dag van vandaag stellen en een besparing vormen in grondstofgebruik.

2024_SCKCEN_SMR_SPLIJTSTOFELEMENT

Recycleren?

Na 12 à 18 maanden wordt splijtstof uit de reactorkern gehaald. De balans tussen splijtbare atomen en niet-splijtbare atomen is dan té veel verstoord. Wel zit er nog heel veel bruikbaar en waardevol materiaal in. 

Zoveel zelfs dat we tot 96% van verbruikte splijtstof kunnen recycleren: 1% plutonium en 95% uranium. De overige 4% zijn de splijtingsproducten en de ‘minor actinides’. Dit zijn de niet-recycleerbare afvalstoffen. Deze afvalstoffen worden per categorie gesorteerd en geconditioneerd voor definitieve berging. 

💡 Meer weten over afval en berging? Lees hier verder.

MOX als splijtstof

De SMR-LFR zal MOX (mengoxide) als splijtstof gebruiken. Mengoxide bestaat uit oxide van uranium en plutonium. Het uranium kan gerecycleerd uranium zijn uit gebruikte splijtstof, of verarmd uranium, een bijproduct van de verrijkingsindustrie. 

Het tweede bestandsdeel van MOX, plutonium, ontstaat op natuurlijke wijze in kernreactoren, wanneer een neutron wordt opgenomen in de kern van een atoom U-238. Het plutonium voor mengoxide wordt teruggewonnen uit gebruikte splijtstofelementen. Zo kan het op een nuttige manier opnieuw gebruikt worden.

De SMR-LFR heeft dankzij zijn werking met snelle neutronen het potentieel om in een gesloten brandstofcyclus te werken, en dus MOX als splijtstof te gebruiken. Dit kan MOX zijn gemaakt uit recyclage van verbruikte splijtstof van onze huidige centrales of, in de toekomst MOX afkomstig van recyclage van eigen splijtstof. 

📎 Lees meer over SMR-LFR

Veelgestelde vragen

  • Een SMR-LFR is een snelle reactor, en heeft daardoor het potentieel om gebruikte splijtstof opnieuw te gebruiken in de vorm van MOX-splijtstofelementen.
    Snelle neutronen hebben, in vergelijking met thermische neutronen, een hogere kans om ook zware elementen (plutonium en ‘minor actinides’) te splijten die een reactor met enkel trage neutronen weinig kunnen gesplitst kunnen worden.

    Dat is niet alleen positief voor de nucleaire afvalberg (gebruikte splijtstof zou anders na een afkoelperiode zonder recyclage geborgen worden), ook het grondstofgebruik daalt zo. Door het recycleren van de nuttige materialen uit gebruikte splijtstof, halen we meer energie uit een zelfde hoeveelheid splijtstof. We gaan verstandiger en efficiënter om met beschikbare grondstoffen. 

    Het gebruik van MOX als splijtstof zou een stap betekenen in de verduurzaming van kernenergie.

  • MOX of mengoxide is een mengsel. Het plutonium dat we willen recycleren uit de gebruikte splijtstoffen is civiel plutonium en niet geschikt om kernwapens mee te maken. Daarvoor heb je een zeer hoge concentratie aan plutonium-239 nodig, of zuiver uranium-235. Het gerecycleerd plutonium heeft een aantal jaren in een reactor gezeten en heeft niet de zuiverheid die nodig is om een nucleair wapen mee te maken. Er ontstaat bijvoorbeeld al heel snel een te hoge concentratie van plutonium-240, een 'vergif' voor het maken van een kernwapen. Plutonium-239 nadien terug afscheiden van plutonium-240 is zowel chemisch als fysisch onmogelijk. 

Deel deze pagina